Index brieven Weerts
Brieven geschreven in de periode september 1787 tot en met eind januari 1788 door de in Deventer woonachtige Eva Alexandrina Weerts - Wentholt, (1740-1820)
dochter uit een bekende Zutphens regenten geslacht, gehuwd met Mr. Arnold Jacob Weerts, (1740-1828) advocaat en afwisselend schepen en raad van Deventer .
Klik hier om direct naar de feitelijke index te gaan >>>
Inleding
Weerts samen met de meerderheid van de Deventerraad stond aan de kant van de zogenaamde Patriotten,
denigrerend Keesen genoemd door hun tegenstanders.
Dit was een door de verlichting ideeën geïnspireerde beginnend democratische beweging
parallel aan de Franse revolutie en de Amerikaanse onafhankelijkheidsbeweging.
Ze stelde de rechtmatigheid van de oude republiek aan de kaak.
Deze was in het feodale Overijssel en Gelderland door
aristocraten en een beperkt aantal gereformeerde regentenfamilies gedomineerd.
Deze behoudende partij stond bekend als Orangisten of prinsgezinden,
genoemd naar Stadhouder Prins Willem V als ankerpunt voor het oude regime.
Inspirator en leidsman van de Patriotten, was Joan Derk van der Capellen (overleden in 1784.)
Zijn grootste tegenstander was de dominante en reactionaire drost, de Graaf van Heiden Hompesch.
Binnen Deventer waren het vooral professor van der Marck en stadssecretaris Dumbar die de intellectuele elite van de
Patriotten vormden. Aan Orangistische kant was dat het raadslid en later burgemeester Putman.
Terwijl de macht van de Patriotten toenam, de staten van Overijssel de stadhouder in 1787 uit zijn
functie onthieven en Nederland bestuurlijk steeds onstabieler werd, probeerde buitenlandse mogendheden een vinger
in de pap te krijgen. Het bekende incident met de aanhouding van de echtgenoot van Willem V ,Wilhelmina
van Pruisen, op 28 juni 1787 bij Goejanverwellesluis vormde de aanleiding voor een ingrijpen
van de koning van Pruisen. In september 1787 vielen zijn soldaten ons land binnen. Utrecht werd op 16 september
ingenomen. Op 19 september was Deventer aan de beurt. Militair stelden de Patriotten
weinig voor. Op 28 september werd de stadhouder weer erkent door Overijssel. Nederland moest een zware prijs betalen.
De Patriotten verloren hun openbare functies en vaak ook hun baan.
Er werden ook in Deventer ramen ingegooid, huizen geplunderd en mensen gemolesteerd.
De achterbakse en rancuneuze Putman bestond het om terwijl hij zich officieel zogenaamd inzette voor het herstel
van rust en orde samen met zijn zonen en o.a. gereformeerd predikant Houssart het volk tot terreur aan te sporen
De patriotten voelden zich vogelvrij. Velen vluchten, sommigen naar het buitenland. Alhoewel dit in Deventer in
vergelijk met andere delen van het land niet zeer ernstige vormen aannam was het toch een bedreigende situatie voor
de slachtoffers van deze terreur zoals de briefschrijfster. Na enige tijd ontstond er weer rust. In 1795 toen de Fransen de macht overnamen keerde de situatie zoals bekend weer om.
Voor meer en vollediger informatie kan ik de volgende lectuur aanbevelen in volgorde van relevantie:
C.M. Hogenstijn “Het algemeen Welzijn van het Volk; Een politiek- en rechtshistorische studie van
Deventer in de Patriottentijd” ISBN 90-71478-73-4. Ik heb er veel aan gehad bij de interpretatie van de gebeurtenissen en personen beschreven in de brieven.
J. Rosendaal “De Nederlandse Revolutie, Vrijheid volk en vaderland 1783-1799. ISBN 90-77503-188
S. Schama ”Patriotten en Bevrijders” ISBN 90-5157-004-X
Ook de Patriot Arnold Weerts vluchtte voor enige tijd. Waarschijnlijk hield hij zich wel dicht in de buurt op.
Zijn vrouw schreef hem in ieder geval regelmatig.
Door de omstandigheden zijn de meeste brieven behalve de eerste van 17 september 1787 zonder afzender of ontvanger
en zijn met opzet sommige namen weggelaten of personen indirect geadresseerd. Het is verder ook nu niet duidelijk
of ze via een tussenpersoon of direct met haar man communiceerde.
Gelukkig is de eerste brief ondertekent en zijn alle brieven in hetzelfde handschrift zodat over de indentiteit van de auteur geen twijfel is.
Een aantal van de brieven werden bewaard binnen de familie en berusten nu in het familie archief Weerts in het CBG, waar ik ze gekopieerd heb.
De brieven vormen mijns inziens een waardevolle aanvulling op met name het boek van Hogenstijn doordat we deze
roerige tijd vanuit het persoonlijke perspectief van mevrouw Weerts kunnen volgen.
Iets over de familie:
Arnold Weerts en zijn vrouw Eva Wentholt; Cels 1818 (IB den Haag).
Het echtpaar Weerts-Wentholt had zowel een huis in Deventer, Het nog bestaande huis
Brink 68 schuin tegenover de Waag, vanwaar Eva haar brieven schreef
alsook een zomerhuis en landgoed genaamd Brinkgreve in het nabijgelegen Colmschate (nu Deventer. Het landgoed
is in gebruik als psychiatrische inrichting. In 1787 bestond alleen de eerste verdieping van het huis.)
Ten tijde van de brieven in 1787 waren hun volgende kinderen in leven:
Swanida Mechteld (20 jaar); Swaantje . In de brieven ook wel "mijne juffrouw" genoemd.
Johan (18 jaar); Jan. (in de brieven ook wel aangeduid als uw gast of de poëet) Omdat hij zich als Patriot had laten gelden dook hij in september 1787 samen met zijn vader onder
en vertrokt hij in februari 1788 naar Göttingen om daar op de universiteit te studeeren.
Zie hierover Aantekening Weerts blz 38 e.v. Later werd hij burgemeester van Arnhem
Arnold (16 jaar) in opleiding tot zeeofficier
Johanna Margaretha (12 jaar); Ze trouwde later met Jhr. Jan A. Wentholt (geen directe familie)
Wilhelmina Theodora Anna Weerts (9 jaar), Doortje/ Doore. Verblijft tijdelijk op De Ehze bij Almen, eigendom van heer J.L. van Knuth ten Bhem.
Zijn moeder was een Wentholt (nicht van vader van briefschrijfster) Doortje trouwde later met Dirk Ijssel de Schepper.
Aemilia Alida (7 jaar); Milia (In brieven de Jongh Emilie); Ze trouwde later mijn voorvader de weduwnaar
Erdwin Adrianus (Wien) de Jongh. Deze was in eerste echt met Theodora Jordens dochter van
oud burgemeester C.A. Jordens verbonden geweest(uit welke verbintenis ik stam).
Komt voor in de brieven de Jongh op deze site. (zie>> )
Coenraad Alexander (5 jaar); Sander. Later Koopman, trouwde met Anna Maria de Jongh een zuster van Wien. Het archief Weerts
is opgezet door hun zoon Daniel.
Genoemd moet nog worden dat een andere zoon Arnold Frans (1772-1787), net als zijn oudere broer in opleiding voor zeeofficier enkele maanden geleden was omgekomen door het kapseizen van zijn schip.
Regelmatig komt in de brieven de oudere zuster van mevrouw Weerts - Wentholt namelijk Elisabeth T.S. Wentholt, sinds april weduwe van Jan G.R. Op ten Noort
voor. (In de brieven: suster of campervrouw)
Een zoon, Joost Jan Op ten Noort, wordt kennelijk in deze periode, net als zijn vader destijds, als burgemeester van Kampen gekozen. De zusters Wentholt zijn
waarschijnlijk enig erfgenaam van hun in november 1786 overleden vader Arnold Wentholt.
(Hun moeder Zwanida M.G. van Munster overleed al in 1740).
Het buiten 't Ross bij Lochem, waar Weerts en zoon Jan enige tijd verbleven, en het nabijgelegen Sieberink
behoorde bij de erfenis. 't Ross viel aan de oudere zuster.
Mijn indruk is dat de verdeling van de erfenis op het moment van de brieven nog niet geheel afgehandeld was.
Over de taal:
Mevrouw Weerts-Wentholt schrijft in een korte en soms uitgesproken pittige stijl die,
alhoewel zeker naar de huidige maatstaven niet grammaticaal correct, over het algemeen
prettig leest. Naast Franse of uit het Frans verbasterde woorden
gebruikt ze streekdialect (ik heb het van internet te downloaden Dialexicon Twents
gebruikt om somige woorden te begrijpen) Lastiger is dat ze bepaalde woorden slechts aangeeft
door de eerste 1 of 2 letters en soms de laatste letters met daartussen puntjes.
Dit heeft ongetwijfeld te maken met de noodzaak tot geheimhouding en/of identificatie van
genoemde personen maar ze gebruikt het ook waar geheimzinnigheid overbodig lijkt.
Een bijkomende moeilijkheid is dat ze de meeste brieven omzichtig schrijft en doet
alsof het niet aan haar man maar aan een derde gericht is.
Toch is het na een tijdje redelijk goed te volgen alhoewel ik zeker nog niet alles begrepen heb.
Graag nodig ik u uit om waar mogelijk aan te vullen en/of verklaringen aan te dragen.
Ook vragen en commentaar op mijn transcriptie zijn van harte welkom.
Indien nodig stuur ik dan een scan van mijn kopie van het betreffende fragment
zodat we dat samen kunnen overleggen.
Transcriptie
In de transcriptie heb ik ter verhoging van de leesbaarheid de interpunctie en het gebruik van hoofdletters zo mogelijk aangepast
aan huidig gebruikt. Ook heb ik de in ongebruik geraakte
afkortingen zoals Ued voor U edele ,voluit geschreven.
Bij niet te interpreteren tekst of tekst restanten zijn puntjes (...) gezet.
Waar bewust puntjes/streepjes gezet zijn, is deze aangegeven door streepjes (-----)
Als ik vrij zeker was wat er bedoeld was heb ik het naar beste inzicht dit woord aangevuld.
In alle gevallen waar ik dit gedaan heb is dit aangegeven met vierkante haken.
Ik heb niets bewust weggelaten en heb de tekst zo gelaten als ze geschreven is,
ook als er sprake is van vreemde, inconsequente en/of foute spelling.
Uitzondering zijn:
Het woord “doe” dat in het Twents dialect [toen] betekend heb ik vervangen incl. de vierkante haken.
Van het woord “heerschop” heb ik consequent “heerschap” gemaakt zonder dit apart aan te geven.
Naast "doe" voor "toen" lijkt soms ook "haar" voor "hen" te worden gebruikt. Is dit streektaal ? Ik heb het nog niet aangepast.
Registers
Ik heb mijn best gedaan om uit te vinden welke personen bedoeld zijn,wie dat waren en
in welke relatie ze stonden tot briefschrijfster.
Hetzelfde geld voor de buitenhuizen en ander plaatbepalingen die voorkomen.
Om het gebruik flexibel te maken komen de lijsten in een eigen venster
die na gebruik handmatig gesloten moeten worden. Het makkelijkst werkt als ze geprint zijn.
Klik hieronder:
Persoonsregister
geografischregister
Vreemde woordenlijst
Dank
Tenslotte moet ik mijn jongste dochter dank zeggen voor het maken van eerste aanzet voor een deel van de transcripties in het kader van een geschiedenis werkstuk, jaren geleden, toen ze nog op het VWO zat. Ik heb er veel gemak van gehad.
Index van de brieven
U kunt daarop klikken op het lichtblauw om de inhoud te zien.
- Maandag 17 september aan dochter Swaantje (20 jaar) “Lieve Swaantje, De gepasseerde nagt heb ik niets gerust .....”
Inhoud: De Pruisen hebben Deventer nog niet bereikt. Velen vluchten.
- Zaterdag 20 september (vermoedelijk) " Mon cher, Wat ben ik blij dat ik bij Swaane ..."
Inhoud: het huis is met stenen bekogelt, de vensters zijn ingeslagen .
- Zaterdag 20 oktober 1787. “Ik ben sedert uw vertrek iets beter. Mijn ongemak ...”
- Maandag 22 oktober 1787. “Alles is wel, dog ik ben als in een droom..”
- Dinsdag 23 oktober 1787. “Den dag van heden is dan tot hier toe...”
- Zaterdag 27 oktober 1787. met rouwrand “ Seer goede vriend, UE sult sekerlijk mijn laaste wel..”
- Zaterdag 17 november 1787. “Mijn heer en vrient, Ik heb desen morgen door S.B. met genoegen vernomen ...”
- Maandag 19 november 1787. “Dat UE met uwen gast bent ....”
- Donderdag 22 november 1787. “Also ik veronderstel dat het uw op Patmos ...”
- Maandag 26 november 1787. “Ik had gehoopt vandaag een brief van uw ...”
- Maandag 3 december 1787. “Gisteren avond onfing ik...”
- Donderdag 6 december 1787. “Door Gods goedheid is het hier alles gisteren...."
inhoud: Weerts kritiek valt niet in goede aarde bovendien doet hij volgens Eva onvoldoende.
- Zaterdag 8 december 1787. “Ik onfange so uw brief. Verheuge mij over ..."
- Maandag 17 december 1787. “Ik ben redelijk wel overgekomen dog de weg ..."
- Woensdag 23 december 1787 “Ik hoop UE met uwen gast de worst ..."
- Donderdag 31 december 1787 “Ik ben redelijk wel, met allen, dog bedroeft ..."
- Woensdag 2 januari 1788. “Ik had gedagt mijn brief met de obligatie ..."
- Donderdag 10 januari 1788. “Ik ben iets beter. Heb desen morgen eens ..."
- Maandag 14 januari 1788. “Wij genieten door Gods goedheid allen een redelijke ..."
- Zondag 20 januari 1788. “Ik ben in welstand alhier geretourneert ..."
- Dinsdag 22 januari 1788. “Gisterenavond sijn wij bij T--- geweest ...."
Het is verhelderend om naast deze brieven de
Aantekeningen betreffende de Familie Weerts door Mr. L.F. Scheurleer (1898-1996) te lezen.
Het relaas van Coenraad Alexander Jordens, collega en partijgenoot van Weerts, geeft als vervolg op deze brieven een beeld van de komst
van de Fransen in 1795 die een eind maakte aan de geweldadige ingreep van 1787.
Klick hier >>
|